Pages

Subscribe:

Blogroll

vrijdag 9 mei 2014

Kort Amerikaans - Jan Wolkers


Kort Amerikaans
Door: Bouwe Brink, Lennon Hermans, Sylvan Kooistra en Diederick Jacobs

Vraag 1 Bekijk de voorkant van de uitgave die hiernaast is afgebeeld.

A. Beschrijf wat je ziet.
Op de voorkant van het boek staat volgens ons een vrouw en twee armen die over haar borsten en heup liggen. Ook staan de titel, de uitgever en de schrijver op de voorkant van dit boek.

B. Welke belangrijke tegenstelling zie je in het omslagbeeld?  
De belangrijkste tegenstelling die we zien is dat het lichaam van de vrouw op de voorkant van het boek van gips is en de haar armen zijn zoals de armen van een normaal mens.

C. Zouden de armen van een jongen of van een meisje zijn? Waarom denk je dat?
We denken dat de armen van de hoofdpersoon Erik zijn, omdat Erik in het boek de liefde bedrijft met het beeld van gips. 

C. Welke dubbelrol speelt het gipsen beeld in de roman?
Het beeld speelt een dubbelrol in het boek want Erik verwerkt het gipsen beeld als stilleven in het boek en Erik bedrijft ook de liefde met het gipsen beeld in het boek.

Vraag 2  Zoek informatie over de godin Venus en bekijk een afbeelding van de wereldberoemde ‘Venus van Milo’

A. Heeft de kaftontwerper dit beeld gebruikt voor ‘t ontwerp
We denken dat het beeld ‘Venus van Milo’ is gebruikt door de kaftontwerper. Het beeld lijkt namelijk sprekend op het beeld op de voorkant van het boek. Je kan het zien aan de halve arm die beide beelden hebben

B. Welke verschillen zijn er tussen het oorspronkelijke Venusbeeld en het beeld dat een rol speelt in de roman?  
De verschillen die wij hebben gevonden zijn dat het echte Venusbeeld tijdens de Tweede Wereldoorlog in het Louvre in Parijs stond, het beeld in het verhaal stond in Leiden. Ook is het echte ‘Venus van Milo’
beeld van marmer gemaakt is en het beeld in het verhaal is gemaakt van gips.

C. Kun je de gipsen Venustors ook als een personage in de roman beschouwen?  
We zien het beeld niet als een personage maar wel als een heel belangrijk object, want het beeld heeft geen karaktereigenschappen. Maar het beeld komt wel vaak terug in het boek.

Vraag 3 In het boek wordt regelmatig verwezen naar reële ruimtes in Leiden en omgeving.

A. Noem er minstens drie.
De kerk, het ziekenhuis en de boekenwinkel zijn drie omgevingen die in het boek in Leiden voorkomen en ook in het echt in Leiden bestaan.

B. Vermeld bij elke plek wat op die plaats of in die ruimte gebeurt.
De kerk: Erik loopt in het boek vaak langs de kerk die dicht bij zijn huis staat.
Het ziekenhuis: In het ziekenhuis ligt Eriks broer die hij dood ziet gaan en Frank die difterie heeft.
De boekenwinkel: In de boekenwinkel werk een vriendin van Erik genaamd Ans. Ook steelt Erik een boek uit de boekenwinkel in het boek.

C. Welke rol speelt de Tweede Wereldoorlog in dit boek?
Het verhaal speelt zich af tijdens de 2e wereldoorlog en een vriend van Erik genaamd Peter word gepakt door de razzia en ook duikt Erik onder bij een NSB’er zodat hij niet aan de dienstplicht hoeft mee te delen. Daarnaast komt hij ook een ondergedoken meisje; Elly tegen.

Vraag 4 De verstandhouding tussen de hoofdpersoon en de ouders is in veel verhalen en boeken van Jan Wolkers slecht. In Kort Amerikaans zijn de ouders ‘aanwezig’, zij het niet op de voorgrond.

A. Hoe staat de hoofdpersoon in deze roman tegenover zijn ouders?
De familie van Erik zien Erik als het buitenbeentje van de familie. Ze vinden hem een watje omdat hij onderduikt om geen dienstplicht te hoeven doen, ook vinden ze Eriks hobby schilderen niet leuk. Erik haat zijn ouders omdat ze vervelend zijn en alle problemen groter maken dan ze zijn.

B. Geef drie voorbeelden waaruit die houding blijkt.
3 voorbeelden die dat duidelijk maken zijn:
- Het moment dat Erik wordt verteld dat zijn broer een ernstige ziekte heeft, doet hij alsof het hem niks interesseert.
- Op de begrafenis van zijn broer gedraagt hij zich raar
- Tijdens de begrafenis van zijn broer had hij een jas aan die niet bij de situatie paste.

Vraag 5 Het motto van Kort Amerikaans is: ‘There is no trap so deadly as the trap you set for yourself’.

A. Breng dit motto in verband met de inhoud van het boek.
De uitspraak ‘There is no trap so deadly as the trap you set for yourself’ betekent in het Nederlands dat jij je eigen ondergang aan ‘t voorbereiden bent. Erik is zijn eigen ondergang enigszins aan het voorbereiden, omdat hij bij de NSB gaat wonen. Hij bereidt hierdoor zijn eigen ondergang omdat hij de bevrijders bedreigt met een geweer.  

B. Verklaar de titel van het boek zo uitgebreid mogelijk.
De titel van het boek is ‘Kort Amerikaans’, deze naam slaat terug naar de naam die Erik kreeg bij de kapper. Dit kwam omdat zijn vader hem forceerde om een bepaald kapsel te nemen wat vrij goedkoop was maar volgens hem er toch netjes uitzag. Erik had ook een litteken op zijn hoofd, die door dit kapsel beter te zien was. Erik vond dit niet fijn.

C. Breng de titel in verband met het thema van het boek.
Het thema in het boek is eenzaamheid. Het verband met dit thema is dat Erik door het litteken op zijn hoofd, die beter zichtbaar was door zijn kapsel vaak werd gepest. Hij had maar weinig vrienden en voelde zich zeer eenzaam.

D. Uit welke drie heftige gebeurtenissen bestaat het slot?
Het slot van ‘Kort Amerikaans’ bestaat uit drie ingrijpende gebeurtenissen.
1. De eerste gebeurtenis is wanneer Erik zijn broer overlijdt.
2. De tweede gebeurtenis is wanneer Elly een joodse onderduiker bij hem komt wonen. Elly is nogal hitsig en biedt direct seks aan. Erik ziet hiervan af en hij bedrijft de liefde met een gips lichaam. Elly is hier niet van gediend en gooit ‘t gipsen lichaam kapot. Erik wordt zeer kwaad en grijpt haar bij de strot en wurgt haar.
3. De derde gebeurtenis is wanneer de geallieerden aan de winnende hand zijn en naar het NSB huis komt waar Erik zich bevindt. Hij raakt in paniek en bedreigt deze geallieerden met zijn geweer.

E. Hoe wordt de lezer voorbereid op dit slot? Vind je in de titel en het motto al een verwijzing naar dit slot? Verklaar je antwoord nader.
Het motto bereid de lezer erg voor omdat het aangeeft omdat het ooit een keer fout gaat, en dat is ook gebeurd. De titel zegt na mijn mening vrij weinig over het boek, het zegt alleen iets over het kapsel van Erik, maar niks over het slot. Het motto luidt: ‘there is no trap so deadly as the trap you set for  yourself’,

RECENSIEOPDRACHT: Lees eerst de bijgevoegde recensie goed door.

A. Hoe denkt de recensent(e) over het boek “Kort Amerikaans”?
De recensent vindt het een indrukwekkend boek. Maar hij vindt het aan de andere kant een knap lastig boek.  Hij vindt sommige momenten uit het boek erg hilarisch. Maar hij vindt dat deze momenten lastig te vinden zijn, en dat deze momenten alleen te vinden zijn als je zeer kritisch kijkt naar de tekst. De recensent vindt dat sommige grapjes die worden gemaakt verkeerd opgevat kunnen worden.

B. Met welke argumenten ondersteunt hij(zij) zijn(haar) standpunt?
De recensent vindt het boek indrukwekkend dat is af te leiden uit de volgende zinnen:  ‘Ook al staat hij waakzaam tegenover de hem bedreigende omgeving en heeft zijn gekwetste gevoeligheid een aantal afweermechanismen ontwikkeld - agressiviteit, humor, wreedheid - hij blijft kwetsbaar door zijn deernis met ouders, zuster, broer en - in het algemeen - met alles waarvan hij houdt en waarvan hij de zwakheid heeft gezien. Die ambivalente gevoelsinstelling bepaalt in belangrijke mate de toon van zijn verhalen, een toon die mij volstrekt authentiek lijkt’
Dat de acteur sommige grappen moeilijk te bevatten vindt blijkt wel uit volgende quote: ‘Refereert de schrijver echter, zoals in de roman "Kort Amerikaans" aan iets dat 40 bladzijden tevoren gezegd is (p. 147 en p. 108)of zelfs 72 (het grote boek op p. 137, waarmee dat over Botticelli op p. 55 bedoelt wordt) dan vraag ik mij af of iemand mag verwachten dat zoiets overkomt - ook al onderschrijf ik de eis van goed lezen.’

Volgens de recensent is er vooral “ agressieve” humor in het boek dat blijkt uit het volgende: ‘Slechte lezers zullen zich door deze agressieve humor wellicht laten provoceren en het boek geërgerd terzijde leggen.’

C. Vergelijk jouw mening met die van de recensent(e). Noteer verschillen en overeenkomsten.
Naar onze mening is de humor in het  boek niet agressief, maar gewoon hilarisch. We denken dat , dat het geval is omdat wij het boek vrijwel niet serieus namen en gewoon het boek lasen, en hierbij geen dieptegang zocht. We zijn het wel eens met de recensent dat het boek vrij lastig was, want we moesten delen van het boek ook opnieuw lezen om uit te vinden of er verbanden lagen tussen bepaalde gebeurtenissen.

KEUZEOPDRACHT: Maak in ieder geval drie van de vier onderstaande opdrachten.

K1
A. Om welke scène uit het boek gaat het hiernaast?
De scène die je hiernaast kan beschouwen is. De scène waarin Erik en zijn vriend Peter langs de bioscoop lopen en een poster van een film zien genaamd Marika Rökk in Korra Terry. Hierna loopt Erik een postkantoor in om postzegels te halen en terwijl Peter buiten wacht wordt hij opgepakt door de Nazi’s.

B. Welke scène zou je graag willen tekenen als je een goede striptekenaar was? Waarom juist die?
Wij zouden voor de scene kiezen waarbij Erik wordt gepest door zijn litteken, hierdoor voelt Erik zich erg eenzaam. Wij kiezen juist deze scene omdat dit Erik heeft getekend en het terugslaat op de titel van het boek.

C. Maak nu zelf een schets van die gebeurtenis.


K2 Bedenk vier andere goede titels voor het boek.
Ga daarbij als volgt te werk:
A. Bedenk eerst waaraan een goede titel moet voldoen.
- De titel moet omvangrijk zijn.
- De titel moet duidelijk zijn
- De titel moet pakkend zijn

B. Noteer de vier titels
Het litteken 
Eenzaamheid
Eigen ondergang
Venus van Milo

C. Leg voor elke titel uit waarom die goed bij het boek past. Breng die titels dus steeds in verband met het thema en de motieven van het boek.
Wij hebben de titel ‘Eigen ondergang’ gekozen. Omdat Erik voor zijn eigen ondergang zorgt door middel van verkeerde beslissingen, zoals hij zichzelf bevredigt met het gipsen lichaam.
De titel ‘Litteken’ hebben we gekozen, omdat het litteken Erik zijn leven heeft getekend., en heel belangrijk is geweest voor de rest voor het leven van Erik.
We hebben de titel ‘Eenzaamheid’ gekozen. Omdat Erik in zijn jeugd veel is gepest en hierdoor zich zeer eenzaam is gaan voelen. Ook vinden we het een pakkende titel en het is ook een duidelijke titel.
We hebben de titel ‘Venus van Milo’ gekozen, omdat dit beeld op de voorkant staat van het Boek. Hij bedrijft hier mee de liefde, dit was het gipsen lichaam.

K3 Ga op zoek naar twee gedichten die goed passen bij het boek.
A. Neem deze gedichten op in je verslag.
B. Zeg in eigen woorden wat er in de gedichten staan.

Gedicht 1:

Littekens
tijd laat wonden genezen
maar iets zal er daarna nog wezen
de littekens blijven bestaan
die zullen nooit weggaan

Littekens
op je armen en benen omdat je gevallen bent
Littekens
waar je nu niet meer de oorzaak van kent
Littekens
omdat iemand je in elkaar geslagen heeft
Littekens
want je hebt een zwaar ongeval beleefd
Littekens
omdat iemand met je gevoelens op de loop is gegaan
Littekens
pijnlijk omdat je je zelf iets hebt aangedaan

je weet dat je ze nooit kwijtraakt
maar geef niet op
want ook met littekens
ben je gewoon het zelfde als iedereen waard

Betekenis:
Dit gedicht laat zien dat mensen met littekens zich vaak niet prettig voelen ermee en dat ze niks kunnen doen aan dat ze er een hebben, en dat het zwaar is om met een litteken te leven.

Gedicht 2:

Liefde op het eerste gezicht
Er is een vriend in mijn leven
die mijn ziel en gevoel heel diep raakt
Heel lang hebben we samen
een mooie tijd doorgemaakt

Ik heb haar alles gegeven
wat in mijn vermogen lag
Alle warmte aandacht en vriendschap
die ik in me had

Wat doet het pijn te ervaren
dat het zo niet kon zijn
We waren alle twee gebonden
op scherven kun je niet gelukkig zijn

Waarom kwam zij in mijn leven
waarom doet dit zo zeer
Ik heb niet gevraagd om haar warmte
ze gaf het me zomaar ‘n keer

Ze gaf me alles wat ik miste
warmte en aandacht die ik nooit heb gekend
Ik was door haar oprechte vriendschap
echt wel een beetje verwent

Betekenis:
Dit gedicht laat zien dat liefde een blij gevoel geeft maar als de liefde eindigt dat een heel leeg gevoel kan geven. Ook laat dit gedicht zien dat liefde vaak intiem is.

C. Noteer zeker vijf overeenkomsten tussen het gedicht en het boek.
1. In de gedichten komt verdriet voor, dit is ook het geval bij ’t boek
2. Zowel in het gedicht als in het boek is er sprake van littekens.
3. Ook is er sprake van liefde zowel bij een gedicht als bij het boek
4. Ook is er sprake van ‘ leegte ‘ zowel bij de gedichten als bij het boek
5. In de gedichten zijn ook ‘ vergissingen ‘ terug te vinden, dit is ook terug te vinden in het boek.

0 reacties:

Een reactie posten